BI1J - Dag 038

Bijbel In Een Jaar

Dag 038


Psalm (18)

BIJ1:
'Wees vriendelijk, want iedereen die je ontmoet, voert een moeilijke strijd.' Dit zijn woorden van de filosoof Plato.
NB:
45
Zo snel als een oor hoort  zullen ze naar mij horen, ✡
de zonen van een vreemde zullen tegen mij liegen om vrede.
46
De zonen van een vreemde  zullen verwelken, ✡ sidderend uit hun burchten verdwijnen.
47
Leve de Ene, gezegend mijn Rots: ✡
hoog verheven de God van mijn redding!
48
De Godheid die mij wraak gaf, ✡
hij drijft manschappen voort, mij onderhorig!
50
Daarom, Ene, zal ik u danken onder de volken, ✡
musiceren voor uw naam!
51
Die grote reddingen brengt aan zijn koning,
   en vriendschap bewijst aan zijn gezalfde, ✡ aan David en zijn zaad, tot eeuwig toe.

Matteüs (25)

BI1J:

  • God is zo gul en goed. Hij geeft ons zo veel. Een talent was een enorm bedrag, waarschijnlijk ongeveer twintig jaarsalarissen. Zelfs iemand die één talent kreeg, kreeg een fortuin.
  • In de gelijkenis staat de talent (waarvan ons woord 'talent' is afgeleid) niet alleen voor geld, maar ook voor je gaven, vaardigheden, tijd, energie, opleiding, intellect, kracht, invloed en mogelijkheden.
  • Je moet betrouwbaar omgaan met alles wat je hebt gekregen. Het geeft geen pas om te wensen dat je meer had gekregen. Het is je taak om al het mogelijke te doen met wat je hebt.
  • Betrouwbaar zijn betekent dat je de gaven en vaardigheden die je van God hebt gekregen benut. Het is niet goed om bang te zijn om een fout te maken. Je moet vertrouwen hebben, je gaven benutten en risico durven nemen.
  • Jezus zegt dat je je gaven moet gebruiken, want anders raak je ze kwijt (vv.28-30).

BGT
15
De heer geeft elke dienaar het bedrag dat bij hem past.
29
Want iedereen die veel heeft, krijgt nog meer. Zo krijgt hij meer dan genoeg. Maar wie bijna niets heeft, raakt ook het laatste nog kwijt.
40
Dan zal de Mensenzoon tegen hen zeggen: ‘Luister goed naar mijn woorden: Elke keer dat jullie iets goed deden voor één van de gelovigen die hier naast mij staan, deed je iets goed voor mij.’
45
Dan zal de Mensenzoon tegen hen zeggen: ‘Luister goed naar mijn woorden: Elke keer dat jullie niets deden voor één van de gelovigen die hier naast mij staan, deed je niets voor mij.’

Job (40)

3
Dan antwoordt Job de Ene en zegt:
4
zie, ik ben klein geworden, wat kan ik u terugzeggen,- mijn hand leg ik op mijn mond.
5
Eenmaal heb ik gesproken, ik antwoord niet meer,- ja twee keer, maar ik voeg er niet aan toe!
6
De Ene antwoordt Job vanuit het onweer* en zegt:
7
omgord toch als een kerel je lendenen,- ik stel vragen, laat jij mij de antwoorden weten!

Job (41)

…over de draak als koning der dieren;

Job (42)


NB
5
Van horen zeggen had ik van u gehoord,- maar nu heeft mijn oog u aanschouwd.
6
Daarom herroep ik en heb ik berouw,- hier op stof en as!
13
Hem gewordt een zevental zonen, en een drietal dochters.
14
Hij roept als naam van de eerste uit: Duifje,
als naam van de tweede: Kaneelbloesem,-
en als naam van de derde: Poederhorentje.
BGT
5
Want vroeger kende ik alleen uit verhalen van anderen, maar nu heb ik u zelf gezien.
6
Nu heb ik troost gevonden voor mijn moeilijke leven.
14
Hij gaf zijn dochters mooie namen: de oudste heette Jemima,
de tweede Kesia,
en de jongste Keren-Happuch.
--
(0 )
(18)
(25)
(40-42)



Reacties

Populaire posts van deze blog

De levens van Claus (Mark Schaevers)

Modern Hindu Personalism

Harder Dan Sneeuw (Stefan Hertmans)